-
Wat gebeurde er?
Een monteur controleerde de motor van een ketelvoedingswaterpomp. Er waren geen tekenen van lawaai, trillingen, olielekken of andere problemen.
Een paar uur later was er een probleem, toen er een alarm werd gegenereerd vanwege een te laag debiet.
Het uiteinde van de motoras van 13,6 kg/30 lb en de koppelingsnaaf werden weggeslingerd en vlogen 4,2 meter/14 voet door de lucht en raakten een nabijgelegen leiding.
Er raakte niemand gewond, maar de kracht had invaliditeit of een dodelijk slachtoffer kunnen veroorzaken.
-
Waarom gebeurde het?
De pijpnippel van de oliepeilregelaar naar het lagerhuis was dunner dan toegestaan (6 mm/ ¼ inch volgens Schedule 40 SS).
Na jarenlange werking vertoonde de pijpnippel een plotselinge vermoeiingsbreuk door hoge spanning en spanningsverhoging.
Door het defect kon de olie uit het lager lopen en werd er een reeks gebeurtenissen in gang gezet die leidden tot het falen van de motor.
-
Wat hebben ze ervan geleerd?
Voer een inspectie uit voordat u de motoren opnieuw start.
Oliepeilregelaars moeten direct aan de zijde van het lagerhuis worden gemonteerd.
Verbeter de olieleidingen van bestaande motoren proactief.
Identificeer motoren met een soortgelijk ontwerp en evalueer de noodzaak van een upgrade – proactief of bij de volgende geplande revisie.
-
Stel uzelf of uw team de vraag
Hoe kan zoiets hier gebeuren?
Hebben onze motoren een soortgelijk ontwerp?
Hoe weten we dat onze motoren niet hetzelfde probleem hebben?
Welke maatregelen kunnen we nemen?
Toevoegen aan beginscherm
Naam van de inhoud
Selecteer bestaande categorie:
Naam van de inhoud
Nieuwe verzameling
Verzameling bewerken
Wat gebeurde er?
Een monteur controleerde de motor van een ketelvoedingswaterpomp. Er waren geen tekenen van lawaai, trillingen, olielekken of andere problemen.
Een paar uur later was er een probleem, toen er een alarm werd gegenereerd vanwege een te laag debiet.
Het uiteinde van de motoras van 13,6 kg/30 lb en de koppelingsnaaf werden weggeslingerd en vlogen 4,2 meter/14 voet door de lucht en raakten een nabijgelegen leiding.
Er raakte niemand gewond, maar de kracht had invaliditeit of een dodelijk slachtoffer kunnen veroorzaken.
Waarom gebeurde het?
De pijpnippel van de oliepeilregelaar naar het lagerhuis was dunner dan toegestaan (6 mm/ ¼ inch volgens Schedule 40 SS).
Na jarenlange werking vertoonde de pijpnippel een plotselinge vermoeiingsbreuk door hoge spanning en spanningsverhoging.
Door het defect kon de olie uit het lager lopen en werd er een reeks gebeurtenissen in gang gezet die leidden tot het falen van de motor.
Wat hebben ze ervan geleerd?
Voer een inspectie uit voordat u de motoren opnieuw start.
Oliepeilregelaars moeten direct aan de zijde van het lagerhuis worden gemonteerd.
Verbeter de olieleidingen van bestaande motoren proactief.
Identificeer motoren met een soortgelijk ontwerp en evalueer de noodzaak van een upgrade – proactief of bij de volgende geplande revisie.
Stel uzelf of uw team de vraag
Hoe kan zoiets hier gebeuren?
Hebben onze motoren een soortgelijk ontwerp?
Hoe weten we dat onze motoren niet hetzelfde probleem hebben?
Welke maatregelen kunnen we nemen?
Enkele uren na een inspectie viel een motor van een ketelvoedingswaterpomp uit. Het uiteinde van de motoras en de koppelingsnaaf werden weggeslingerd en vlogen 4,2 meter/14 voet door de lucht en raakten een nabijgelegen leiding. Er raakte niemand gewond, maar de kracht had invaliditeit of een dodelijk slachtoffer kunnen veroorzaken.
